Dat ik deel uitmaakte van een grote familie, dat heb ik reeds van kleinsaf geweten; dit kwam wel omdat ik in Eeklo woonde op enkele passen van mijn grootvader Petrus en daardoor met veel familieleden in aanraking kwam. Maar dit besefte ik alle jaren nog beter als het Balgerhoeke kermis werd. Met grootvader, ouders, zusters, nonkels en tanten trokken wij er naar toe; in de eerste jaren na de oorlog 1914-1918 was dit te voet, maar dit was niet erg: want wij gingen naar de «kermis», en in die tijd wilde dat wat zeggen: 's namiddags' koffie of chocolademelk met echt koeke- en rozijnenbrood en 's avonds weer van dat goede brood en om te sluiten veel rijstpap. Voor het mansvolk kwam daar nog bij dat in die periode de eerste velokoez:sen werden gehouden en Balgerhoeke en de familie Standaert waren hierom vermaard.
Wij gingen ter kermis bij mijn andere grootvader Charles-Louis en daar was altijd veel volk: nog enkele kinderen waren daar thuis, andere getrouwde kinderen waren er met hun kroost en ook andere familie, vooral van grootvaders kant, kwamen er ter kermis.
Aan de andere kant van de straat, vlak rechtover het hof van grootvader woonde zijn zoon Alfons; daar was immer ook veel familie en daar maakten wij kennis met de De Roo's, de Laureyns', en wat weet ik nog meer.
En vlak aan de aankomstlijn van de velokoers woonde ook al een nonkel, en dat was toch wel een echt buitenkansje: nonkel Camiel en tante Marie met ons neven en nichten.
Groter geworden en al eens op tocht per fiets met kameraden, wisten deze maar al te goed dat ik ongeveer overal familie wonen had; niet alleen in Balgerhoeke, maar ook in St-Laureins, Lembeke, Kaprijke, Waarschoot, Sleidinge, enz. te lang om allemaal te vermelden.
Toch kan een grote familie ook soms gevaren inhouden: zo, bij voorbeeld als ik met mijn meisje op stap was en dan een ander meisje groette; dan heb ik meermaals moeten horen: «Ook al een nichtje zeker ?» Met de hand op het hart durf ik nu nog getuigen dat het inderdaad zo was, maar ja, zelfs de waarheid is soms moeilijk te geloven. Gelukkig weet mijn vrouwtje nu veel meer over onze familie.
Maar hoe groot ze inderdaad is ben ik toch maar in het begin van dit jaar beginnen beseffen: al kende ik de hele familie Bauwens tamelijk goed, toch was er een duister punt langs de kant van nonkel August, want buiten Augusta van Lembeke en Petrus van Geraardsbergen waarvan onze eerwaarde kozijn Van Avermaete zegt: «Die kwam naar alle begravingen», was zuster Eugenie en nicht Maria zaliger met al wat Neukermans was maar een duister geval, om dan nog maar niet te spreken van Achille in Amerika.
Toen in het begin van dit jaar het plan werd geopperd een familiesamenkomst te houden, dan dachten wij aanvankelijk alleen aan de afstammelingen van Seraphinus ° in 1814. Maar onze goede vriend Paul Beirnaert met zijn stamboom die had ook Paulinus met zijn zuster ontdekt en ja, zelfs een Petrus anno 1732.
Nu gingen wij maar een trapje hoger en meteen kregen wij de hele stam van Livinus De Roo als familie en meteen werd mijn naaste gebuur Mevrouw Hyp. Verhasselt nu een echte «nicht Marie».
Zo ziet gij dat ik die meende mijn familie goed te kennen, in feite toch zeer onwetend was; toch meen ik over mijn zonde van onwetendheid de absolutie verdiend te hebben de goede dag, vlak voor ons feest, toen onze eerwaarde kozijn Paul De Sutter mij onthulde dat hij en eerwaarde kozijn Marcel Cuelenaere al vele jaren goede bekenden waren en nu pas vernomen hadden dat zij daarenboven ook nog familie waren.
Maar hoe groot is onze familie nu wel?
Na grondige telling, maar toch is er nog kans dat iemand vergeten of iets fout
is, waarvoor wij dan nederig verschoning vragen, is gebleken dat :
Paulinus Bauwens en Marie Bernarde De Vliegher
3 18 65 162 263 80 ————— samen 591 215 ————— 806 |
kinderen hadden kleinkinderen achterkleinkinderen waarvan nog achter-achterkleinkinderen waarvan nog a-a-achterkleinkinderen waarvan nog a-a-a-achterkleinkinderen waarvan nog rechtstreekse afstammelingen waarvan personen werden familie door huwelijk, daarvan zijn er 42 overleden en |
30 in leven 152 in leven 259 in leven 80 in leven —————— 521 in leven 173 in leven —————— 694 in leven |
Dit maakt dat wij een levende familiegemeenschap uitmaken van zeker 694 personen; als laatste kwam er bij mijn weten bij de kleine Bart Verhaegen, Kleine Katsweg, 25, Maldegem, geboren begin oktober. En enkele dagen voordien mochten wij de geboorte van een «Paulinus Bauwens» begroeten, bij Christiaan te St-Maria-Oudenhove. De talrijkste stam is deze van August Bauwens, op de voet gevolgd door de afstammelingen van Bauwens Charles Louis en Charles Louis De Roo.
In het «loflied aan Paulinus» van onze familieleden
Neukermans-Cambier, spreekt men van: «boeren,
begijnen of pastoors -Bauwens»; en werkelijk alle beroepen komen in onze familie voor,
en wij zingen tot slot met hen mee:
« Draag in uw harte de banier
van 't voorgeslacht met deugd en zwier
Dank vader Paulinus !»
ROBERT BAUWENS.
P.S. Nog juist op tijd vernamen wij de geboorte van Sabine, dochtertje
van Adelin Willems-Bauwens, Sint Lievenspoortstraat 100, Gent, geboren te Eeklo, de
7-12-1965.
De stamboom van de familie Bauwens:
Petrus Bauwens en Marie Cornelia Buyck
Onze Bauwens Welkom-bladzijde
Inhoudstafel
De foto's
Doorzoek onze Bauwens webstek !
Uw suggesties, aanvullingen en verbeteringen zijn steeds heel welkom.
Neem aub contact op met ons.
MijnPlatteLand.com
Meest recente bijwerking : 22-07-2021
Copyright (c) 2024