Uit tijdschrift "Ons Meetjesland", 1983, 16de jaargang, nr. 4

DE KAPEL  VAN  EEN  CELLEBROEDER
IN  LOVENDEGEM

Wie van uit Gent de rijksweg 10 volgt naar de hoofdplaats van het Meetjesland toe, merkt dat op het grondgebied van de gemeente Lovendegem, aan het café-restaurant "Bierstal", waar eertijds de gelijknamige afspanning was, de weg een lichte zwenking naar rechts maakt, en niet langer de Brugse Vaart als buur heeft.  Op diezelfde plaats maakte de "Grote Baan" zoals ze hier wordt genoemd, tot het begin van deze eeuw een scherpe bocht naar rechts, langs de hovingen van het afgebrande kasteel van Bierstal, door de straat die nu Bierstal heet.

Ongeveer 250 m. in deze straat staat, beschaduwd door een wat verwilderde linde, een eeuwenoude pijlerkapel, merkwaardig om de vele historische gegevens die er, "in steen gebeiteld", op vermeld staan.

Kapel van een cellebroeder

De 2,65 m. hoge kapel gaat schuil onder een zadeldak met aan weerskanten 24 Vlaamse dakpannen, en een smalle overstek aan de voorzijde, die een driehoekig fronton vormt met een houten dakkruis als bekroning.  De steekboognis wordt afgesloten door een ijzeren nisdeurtje, met middenin in smeedwerk de letters S (Sancta) M (Maria).

De kapel heeft een grondvlak van 1,10 m. op 0,76 m., en is opgetrokken in baksteen, formaat 22 x 10 x 5.  Tot onder de nis is het gebouwtje gecementeerd, en het metselwerk vertoont geen enkele versiering.

In de nis staat een eenvoudig Mariabeeld met een paar siervaasjes en een bloemenkrans.

Merkwaardig zijn echter de twee stenen die in de voorgevel van de kapel zijn ingemetseld.

In het driehoekig fronton zit een vierkante steen met volgende tekst:

  Memorie van Br Joannes sone van Lieven Dobbelaere ende Marie Clays syne Moeder, geboren op het pach hof hier by den 7 febry 1698 in 't klooster der Alexiaenen binnen Gendt gheproffest 't jaer 1725 dit capelliken doen maecken 't jaer 1734
sterft den 10 feb 1778
Bidt voor syne ziele

Memorie van Broeder Ioannes

Onder de nis is een ruitvormige steen ingemetseld.  Deze steen is versierd, bovenaan met een engelkopje, en onderaan met een doodshoofd met beenderen.  Deze steen vermeldt het volgende:

  Dit beelt is doen maeken
tot lof van Jesus en Maria
door B Joannes Dobbelaere
Mensch staet wat stil en bidt alhier
voor zielen in het vagevier
het is een heyligh goet gepeys
't zal oock eens wesen onse reys
      Requiescant in Pace
      17           34

Dit beelt is doen maeken...

De schenker van de kapel, Joannes Dobbelaere, was dus ingetreden in het klooster der Alexianen te Gent.  Wie waren nu deze Alexianen ?  Het was aanvankelijk een vereniging van jonge mannen, die het op zich namen zieken te verzorgen en doden te begraven, en waarvan in Gent reeds in 1313 gewag wordt gemaakt(1).  Toen noemde men hen nog Lollaerds.  Later krijgen ze de naam Cellebroeders (Celle van het Latijn cella = graf) of grafbroeders, en de naam Alexianen danken ze aan hun patroonheilige Sint-Alexius.  Hun aanvankelijk liefdewerk, het begraven van de lijken, werd voor hen na enige tijd een recht, waarvoor de gegoede burgerij moest betalen, en dat recht werd in 1663 door de Raad van Vlaanderen erkend.  De broeders werden op 30 oktober 1798 uit hun klooster te Gent verdreven door de troepen van de Franse Republiek, maar dat heeft onze Joannes Dobbelaere niet meer moeten meemaken, daar hij 20 jaar eerder overleden was.

R. Coppens

__________________________

(1) De Potter Fr.  "Gent van den oudsten tijd tot heden", deel 7, blz.  276.  Terug naar de tekst

Separator

Hoe zag dit kapelletje eruit op 10 november 2011 ?  Klik op één van de foto's hieronder.
     

Naar de top van deze blz.

Inhoudstafels
1968 - 1969 - 1970 - 1971 - 1972 - 1973 - 1974 - 1975 - 1976 - 1977
1978 - 1979 - 1980 - 1981 - 1982 - 1983 - 1984 - 1985 - 1986

Welkomblz van tijdschrift "Ons Meetjesland"
Doorzoek «Ons Meetjesland»!

MijnPlatteland homepage
MijnPlatteLand.com

Meest recente bijwerking :  21-04-2021
Copyright Notice (c) 2024