Van de negen zonen van Karel Van Hulse zijn er nog drie in leven: de twee missionarissen en Gustaaf die nu bijna 87 jaar oud is. In 1890 kwam deze zich in St. Niklaas vestigen, kreeg er de plaats van koster aan de hoofdkerk, huwde er Maria Pelagia Coppens en bleef in dienst van de kerk totdat zijn zoon Frans hem kon opvolgen.
Vader en moeder werden gezegend met elf kinders, doch zes vlogen als engeltjes naar den hemel: drie Jozefkes, een Janneke, een Franske en een Mariatje.
Het vierde Jozefke bleef thuis doch toen het negentien was geworden, verliet het z'n moeder om in het klooster te treden. Een jaar nadat m'n arme moeder haar kind aan O. L. Heer had afgestaan, vroeg Jezus aan haar kind het offer van z'n moeder...
Toen de droeve mare "Moeder gevaarlijk ziek" toekwam spoedde ik me naar huis om m'n arm moederke stervende te vinden. De volgende dag had ze haar zes engeltjes in den hemel vervoegd. Als ik aan m'n lieve moeder denk dan komen de woorden van dichter Binewiertz me spontaan op de lippen...
O Teergeliefde vrouw ! Nog zie ik U gebogen, Met grijzend haar, vermoeid, voor mijne blikken treden, Zoals ik U vaak zag, in 't kinderlijk verleden, Helaas, te snel, te snel, voorbij mij heengevlogen ! Wat heb gij, Moeder, veel geleden, veel gebeden, Gezwoegd, gezorgd voor mij ! Wat tranen aan uw ogen, Wat offers aan uw hart heb ik gekost ! Hoe wogen Loodzwaar, loodzwaar op U des levens moeilijkheden. Zo heb ik U gekend: gedrukt, vergrijsd door zorgen, En ik, lichtzinnig kind, ik speelde in rozendreven ! Tot eindelijk de dood me ontdekte in rozendreven ! Tot eindelijk de dood me ontdekte, wat het leven Zo lang, zo schuldig lang, voor 't harte O toen heb ik geweend ! Maar op dien droeven morgen Zag ik een zoeten lach uw bleek gelaat omzweven. |
Met moeders heengaan, was de familie helemaal opgebroken. Camiel en Madelein waren in Amerika, ik was in 't klooster en Frans zou algauw trouwen.
M'n jongste zuster werd van toen af de schutsengel van haar ouden vader: ze was meer dan een dochter voor hem: ze was alles voor hem; 'n echte engel. Doch zo ook mocht het niet blijven en gedurende de laatste oorlog kreeg ik opeens de droeve tijding: Godelieve overleden. Wat al wee school er onder die enkele woorden !
En toen ik weer in Belgie kwam dan zegde eenieder me die haar gekend had: Ze was 'n Engel; en dan spraken ze me over haar, over haar offerliefde, hare reine deugd en haar diep lijden. En toen luisterde ik met tranen in de ogen...
Ja, Lieveke ! Uw leven was een offerleven en een voorbeeld van edelmoedige deugd. Geen klacht kwam over uwe lippen gedurende uw langdurige ziekte. Nooit dacht ge aan uw eigen doch steeds op de andere: ge waart een engel en heilaas, de goede God, die tevreden was met uw schone deugd, nam u tot zich als beloning voor uw geslachtofferd leven.
O, had ik u maar mogen helpen gedurende uw pijnlijke ziekte, u troosten in de bange nachten, bij u mogen zitten als uw jongste broer, uw "Jefke". Doch het mocht niet ! Ook dit lijden bracht ge als 'n offer, schoon en eenvoudig: Alles zoals het de goede God wil, was uw denken en uw streven, en zo bleeft ge tot op het einde.
Ja, Lieveke, ge waart een engel doch ook een martelaaresje ! Maar uw leven dat nu is uitgedoofd zal voor uw ouden vader en voor uw broers en zuster hulp zijn en sterkte en steun. O Lieveke, hier op aarde zien we elkander wel nooit meer weer en dat vervult me soms met heimwee naar den Hemel: toch wil uw gedachtenis niet van mij weg.
Ge blijft voor mij een lieve kleine zus, een schutsengel meer dan ooit. Voor mijn nieuw werk ginder in Goa zult ge licht zijn en steun en de zielen die ik bij Jezus en Maria moet brengen, die zult gij samen met mij helpen om den steilen weg op te gaan van liefde en ontechting, die weg die ge zo edelmoedig hebt bewandeld hier op aarde. O Godelieve ! Zo zeer had ik gehoopt u weer te zien, u te omhelzen, u aan m'n hart te drukken: helaas de goede Jezus heeft het anders gewild: wellicht ware m'n hart gebroken van wee en verdriet, hadde ik gezien hoe ge leed en wegkwijdet in die laatste dagen. Waar hebt ge toch die moed en die liefde gehaald om zo te lijden en ook om zo te sterven... Wees dan voor uw jongste broeder een lichtende ster, 'n zalvende troost en een bewaarengel. Lieveke, VAARWEL !
Ook de familie van Eduard Van Hulse werd gezegend met 8 kinders: één engeltje vloog henen, doch Michael ging ook naar het klooster en werd een zeer verdienstelijk Dominikaan. Gabriel diende een lange tijd in de Congo, werd gevangen door de Duitschers doch vervoegde zijn gelukkige familie. Al de andere huwden. Tante woont op St. Amandsberg Gentstr. 59. Moge de goede God haar en al hare kinderen zegenen.
Het origineel
van deze bladzijde.
Aen mijne dierbare zuster Rosalie De Decker
en aan haren echtgenoot Charles Van Hulse,
op den dag van hun HUWELIJK
ingezegend te Cluysen den Dertigsten April
1860 :
Voor aanvullingen en verbeteringen, neem aub
contact op met ons !
Onze Van Hulse home page
De Van Hulse stamboom van Pater Nicolas
Inhoudstafel
Zoek het op in onze Van Hulse webstek
Meer stambomen
MijnPlatteLand.com
Meest recente bijwerking : 14-02-2023
Copyright Notice (c) 2024