De familie Van Damme afkomstig van Kaprijke in het MeetjeslandCette page en français

III b     Livinus van Damme

fs. Anthonius van Damme (II b) en Marie Hariens

° Kaprijke 25/2/1645
x Kalken 30/4/1669 Joanna Bauwens
† Kaprijke 25/1/1707


De tweede in leven gebleven zoon van Anthonius was Livinus, die op 30 april 1669 trouwde te Kalken met Joanna Bauwens, geboren te Kalken, 24 februari 1643, dochter van Jacobus en van Adriana Coolman.(11)

Hieronder de akte die de pastoor neerschrijf bij de begrafenis van Livinus:

Klik op de afbeelding hieronder voor een grotere copij ervan. 
overlijden van Livinus

25 januarij anni millesimi septuagesimi
septimi, obiit livinus vandamme, viduus,
et vigesima septima sepultus est in ecclesia
ad medium, officium primi classis quod factum
est decima sexta februarij 1707.
Op 25 januari overleed livinus vandamme, weduwnaar,
en de 27e is hij begraven in de kerk in het midden,
een dienst van 1e klas is gedaan op 16 februari 1707.

Joanna erfde heel wat land te Kalken, dat gedeeltelijk verkocht werd om een eigen hofstede te verwerven.  Joanna had drie broers (RAG Kaprijke 362 blz 234):

Op 24/12/1669 grijpt in Kaprijke een telling van "weerbare mannen" plaats, dit zijn gezonde volwassenen die in staat zijn de wacht op te trekken en/of tegenstand te bieden bij aanvallen van de vijand.  Zij werden ingedeeld in groepjes van 9 à 10 man onder leiding van een korporaal, meestal een wat ouder en begoed man.  Van de ± 460 Kaprijkse weerbare mannen, (onder leiding van 51 korporaals), vinden we slechts 1 Van Damme, nl. Livinus, onder korporaal Guille Zegers. (RAG - Kapr. 43 deel 1 blz 35)

In Kaprijke was er in de 17de eeuw een Broederschap van de Heilige Naam Jezus, een groep van over het algemeen begoede burgers met de bedoeling het christelijk geloof verder uit te dragen.  In de reglementen stonden verschillende passages in verband met het bijwonen van de eucha­ristie­vieringen.  Aan het hoofd stond een deken en baljuw en men moest worden aangenomen als men zich kandidaat stelde.  Zo is Livinus op 15/8/1669 aangenomen als lid van dat broederschap, waardoor we ook zijn handtekening kennen (RAG Kaprijke 118).

Klik op de afbeelding hieronder voor een grotere copij ervan. 
De handtekening van Livinus

De handtekening van Livinus

Klik op de afbeelding hieronder voor een grotere copij ervan. 
Titelblad van het Reglement van het Broederschap van de Heilige Naam Jezus

Titelblad van het Reglement van het Broederschap van de Heilige Naam Jezus

In 1676 wordt in de heerlijkheid Heyne, aan de noordkant van de straat "lopende van Kaprijke naar het fortjen..." de "deurgaende" helft van een behuysde hofstede en ± 7 gemeten land plus de helft van het huis, de schuur en de bomen van die hofstede verkocht.  De instel wordt gedaan door Aernout de Pape voor de som van tien hondert guldens vlaams en 10 schellingen voor 's vercoopers huysvrouwe..."  Het opbod moet minimum 4 pond en 10 schellingen en 6 grooten bedragen.

Op 18/9/1676 verhoogt Lieven Van Damme fs. Anthonius het een eerste keer, en dezelfde dag nog een tweede keer.  Daar niemand later nog hoger biedt wordt het aan hem toegewezen op 14/10/1676.  (RAG-Oud Kaprijke nr. 349, blz 469 en vlg)

Een goede 2 maand later, nl. op 23/12/1676 wordt de andere helft verkocht, door Jooris Van Overtvelt en Christoffel De Baets (als voogden over de wezen van Guillaume Piessens).  Pieter Van Hecke, baljuw der heerlijkheid Heine stelt in voor 162 ponden grooten vlaams.  Deze helft is echter belast met 2 renten (= leningen) van elk 3 ponden per jaar (1 ten voordele van Aernout de Pape en 1 van George Goddaert).

Een eerste verhoging doet Jooris van Overtvelt (een verkoper!) op 3/1/1677, maar uiteindelijk wordt het voor deze som toegewezen aan Lieven Van Damme "… uyt crachte van ghemeensaemheyt…" (een soort van voorkoopsrecht, ten gevolge van de eigendomstitel van de eerste helft ?) We lezen ook dat Christiaen Coppejans uitweg moet hebben langs dit land ! (RAG-Oud Kaprijke nr. 349 blz 473 en vlg)

En het is deze Christiaen Coppejans en zijn echtgenote Madeleine Mortier die op 6 maart 1680 aan Lieven een stuk land verkopen van 2,5 gemeten in dezelfde buurt voor 46 ponden van tgemet "teynden maete, teynden gelde".  Het komt in gebruik op Kerstmis 1680 en men moet uitweg geven aan 2 stukken land, aan de oostzijde gelegen.  (RAG-Oud Kaprijke nr. 349 blz 477 en vlg)

In 1699 verkochten Jan Van Vooren fs. Daneel en zijn echtgenote Joanna Tiry, die weduwe was van Jan Mariman, samen met de voogd Jan Roegiers fs. Christoffel een stuk land van 3 gemeten in de heynacker.  Op 18/7/1699 stelde Jooris Claeys in voor 40 ponden per gemet.  Opbod was toegelaten met minimum 4 ponden 5 schellingen per keer.  Niet minder dan 7 verhogingen op 6 weken tijd werden gedaan.

1e door Lieven van Damme op 20-7
2e door Jan de Coorelyter op 19-8
3e door Jooris Claeys op 30-8
4e door Jan de Coorelyter op 31-8
5e door Mattheus Zegers op 1-9
6e door Maximiliaan Speeckaert op 3-9
7e door Joos Maeye op 3-9 eveneens.

Op 14/11/1699 verklaart deze Joos Maeye zijn koop en verhoging over te laten ten voordele van Livinus Van Damme.  Hij fungeerde dus als "stroman".

Vermelden we dat Lieven in 1680 zeker reeds schepen van de heerlijkheid Heyne was, onder burgemeester Paulus Mortier en in november 1699 vinden we hem vermeld als "… d'eersamen livinus van damme fs. Antheunys, burchmre deser voorn. Heerlyckhede…" (RAG-Kapr 349 blz 555 en vlg)

Joanna Bauwens stierf te Kaprijke op 21 november 1703 en ze werd de 23e in de kerk begraven met een processie uit het sterfhuis en gezongen mis "… et 23 eiusdem sepulta est in ecclesia cum processione ex domo mortuaria et missa cantata".

Vader Livinus van Damme overleed eveneens te Kaprijke als burgemeester der heerlijkheid Heijne op 25 januari 1707 en hij werd twee dagen later eveneens in de kerk begraven (12).

In zijn testament schenkt Lieven Van Damme aan de kerk een rente van "32 ponden grootten" in ruil voor "eeuwig jaergetijde met de miserere profundis ende ordinaire kerkelijke gheboden, volle geluidt van de meeste clocke, met licht aen den autaer, ende uytdeelen van eenen sack broodt voor den aermen."

Volgens een acte van 28/10/1761 - 54 jaar later dus! - komen de 4 nog levende kinderen van zijn zoon Frans bijeen "… bedacht sijnde dat hunne naersaeten somwijlen souden negliseren van de voorschr. fundatie te doen exonoreren ofte dat d'een ofte d'ander van hun quame insolvent te bedijden, door welck gebreck d'intentie van den·donateur niet en soude connen volbracht worden…"  Zij hadden immers het kapitaal van 32 ponden mogen houden en de intrest diende voor het jaargetijde.  Opdat hun nakomelingen het zeker niet zouden vergeten vonden ze het wel raadzamer ook het kapitaal aan de kerk van Kaprijke te schenken, zodat die dan verder de zorgen op het naleven van het testament moest dragen.

Nog geen jaar later, op 1 mei 1762 meldde de bisschop van Brugge (Kaprijke ressorteerde toen onder dat bisdom!) dat de opbrengst van dat kapitaal à 4%, niet voldoende meer was om aan de eisen van een eeuwig jaargetijde te voldoen.  Hij stelde voor de testamentaire eis te milderen tot 3 gelezen missen met "den miserere" en "de profundis", waarmee de familieleden ook instemden.  (RAG-kerkarchief Kaprijke nr. 22)

Het echtpaar van Damme-Bauwens werd gezegend met 7 kinderen:

  1. Jacobus van Damme
    ° Kaprijke 31/1/1670
    x Assenede 16/1/1696 Joanna Dierkens
    † Assenede op 23 oktober 1707
     
  2. Maria van Damme
    ° Kaprijke 13/8/1671
    x Kaprijke 15/11/1692 Christiaen de Pape
    xx Bassevelde 18/2/1702 Pieter de Vreese
     
  3. Joannes Anthonius van Damme
    ° Kaprijke 25 augustus 1673 en er overleden op 18 oktober 1703.  "sepultus est 20a eiusdem in ecclesia in capello nominatus Jesu cum officio prima classis et processione".
     
  4. Levinus van Damme
    ° Kaprijke 14 november 1678 en overleden voor 1704.
     
  5. Joanna Theresia van Damme
    ° Kaprijke 28/2/1682
    x Kaprijke 10/5/1708 Lieven de Causmaecker
     
  6. Franciscus van Damme (IV)
    ° Kaprijke 28 april 1684.
    x Kaprijke 22 november 1707 Georgia de Causmaecker.
     
  7. Helena van Damme
    ° Kaprijke 9 oktober 1686.
    † voor 1704.
     

In 1738 doen Lieven Van Damme (als voogd over de wezen van Lieven De Causmaecker x Joanna Van Damme), Lieven Geeraert fs. Joachim (als voogd over de weze van Marie De Causemaecker fa. Lieven x Joanna Van Damme, voornoemd) en Pieter Cathelijn (als voogd in beide voornoemde sterfhuizen), een aanvraag bij burgemeester en schepenen van de heerlijkheid Heine, onder Kaprijke, om het erfdeel te verdelen en de wezenpenningen te innen, afkomstig van het sterfhuis van Jan Bauwens, fs. Jan en Joanna Janssens, ongehuwd overleden in Wetteren op 25/9/1734.

Zij vormen nl. "… eenen derden staeck van viere in eenen derden hooftstaeck van de vaderlijcke syde…".  En die aanvraag tot verdelen, in naam van al de andere erfgenamen van vaderlijke zijde, heeft tot doel om ieder zijn deel te kunnen geven (in het bijzonder de wezen), want de goederen van het sterfhuis konden nog niet "… ghespleten ende vercavelt worden , door de menigte van dhoirs." (hoir = erfgenaam)

Anderzijds was er slechts 1 erfgenaam van moederlijke zijde, nl. Sieur Jan Hijde fs. Jan en Adriana Janssens (Adriana was dus zuster van 's overledens moeder), koopman in Gent, en deze man veroorzaakte "… groote mogelijckheden ende processen, soo over soverledens legaeten als andersints, te menigvuldigh om alhier te explicieren…"

De aanvragers stellen voor dat alle baten en schulden van het sterfhuis voor bewuste Hijde zijn, en dat hij 250 ponden grooten courant moet betalen aan de erfgenamen van vaderszijde.

Op 11/6/1738 advizeren burgemeester Guillaume Claeys en schepenen Pieter Boelens fs. Pieter, Jan Van Overberghe, Andries vander Waerhede en Lieven Minnaert, positief, mits alles in het wezenboek geregistreerd wordt.

Het contract van "uytcoop", waarop zowel aanvragers als wethouders zich baseren, werd opgesteld op 29/5/1738 door notaris Jan Baptiste de Stobbelaere in Gent en vermeldt alle erfgenamen en hun verwantschap, waarvan hier de samenvatting:

* 1 erfgenaam van moederszijde: Jan Hyde in Gent
* 3 hoofdtakken van vaderszijde:
a) kinderen van Jacques Bauwens (waaronder Jan, greffier van Opwijk)
b) de erfgenamen van Joos Bauwens
c) de erfgenamen van Joanna Bauwens, gehuwd met Lieven Van Damme. (RAG - Kapr. 362, blz. 233 tot en met 237)
 

De ouders van Livinus:
Anthonius van Damme (II b) en Marie Hariens



Top van deze blz
Onze Van Damme Welkom-blz
InhoudstafelOverzicht
Doorzoek onze Van Damme website !

Meer stambomen
 

MijnPlatteland homepage
MijnPlatteLand.com

Meest recente bijwerking :  03-01-2022
Copyright (c) 2024

Inleiding
Algemeen Overzicht

? van Damme (I)

Adriaan (II a)
Andreas (V e)
Andries (VII c)
Anthonius (II b)
Arnold (X f)
Augustus Maria (IX c)

Bruno (VIII b)
Carolus (VIII d)
Carolus Joannes (VIII)
Carolus Ludovicus
Carolus Petrus (IX a)
Charles (X a)
Constantinus
Cornelis (VI d)

Daniël (V d)
Daniël (X g)
Daneel (III c)
Désiré

Ferdinand (VII)
Franciscus (IV)
Francis Bernard (VI)

Georges (X d)
Herman (X c)
Ivo (VII b)

Jacobus
Joannes (III a)
Joannes Baptist (V)
Joannes Joseph (IX b)
Josephus (VIII e)
Judocus (VI e)
Julien Joseph
Karel Francies (IX f)

Levinus (V f)
Levinus (VII d)
Lieven (IV b)
Livinus (III b)
Livinus (V b)

Livinus (VI c)

Omer (X b)
Petrus (IX h)
Petrus Bernardus (° 1782)
Petrus Bernardus
Petrus Henricus (VI b)
Petrus Joannes (V a)
Raoul (X e)
Richard Adolf
Rose Anne

Theophil Petrus (IX d)
Urbanus Karel (IX g)

Noten

Deze webstek doorzoeken