Het Meetjesland in het noorden van Oost-VlaanderenThis page in English

Poeke, een Meetjeslands dorp

 Aalter Hansbeke Lotenhulle Poesele Nevele Bellem
Poeke en zijn geburen op een landkaart van 1973

Uit een landkaart van 1973

Naam: Poeke is afgeleid van de beek met dezelfde naam 'poca'.  Dit Keltische woord betekent 'de mooie' of 'de aangename'.

Historische schets

De oudste vermelding over Poeke dateert van 1155.  Historisch behoorde het dorp tot het einde van het Ancien Régime (1789) tot het ambtsgebied van de Kasselrij Kortrijk en ressorteerde het onder de Roede van Tielt.  Het dorp is waarschijnlijk ontstaan rond het kasteel van de heren van Poeke.
Deze kasteelheren waren belangrijke edellieden in het middeleeuwse graafschap Vlaan­deren.  Vanuit hun omwalde, versterkte burcht ondersteunden ze de controle over de Leievallei door de graven van Vlaanderen.  Tijdens een opstand veroverden opstandige Gentse stedelingen in 1452 het kasteel.  Het jaar erna versloeg Filips de Goede, graaf van Vlaanderen en hertog van Bourgondië, de bezetters zonder pardon.  De burcht werd totaal verwoest.

Hoektoren van het kasteel
Hoektoren van het kasteel

Tot 1577 bleef wat restte van het gebouw in puin liggen.  In 1597 kwam de ruïne in handen van de adellijke familie de Preudhomme d'Hailly de Nieuport.  Deze heren lieten het kasteel in de eerste helft van de 17de eeuw wederopbouwen tot een representatieve en recreatieve residentie.  De bekendste baron van dit geslacht, Karel Florent Idesbald (1721-1792), tijdens de Oostenrijkse Tijd kamerheer van gouverneur Karel van Lotharingen, probeerde op het domein een zijderupsteelt op te zetten.  Dit mislukte deerlijk.  De familie verarmde in de loop van de 19de eeuw en zag zich in 1872 verplicht het kasteel te verkopen aan de familie Pycke de Peteghem.

De nieuwe kasteelheer liet zijn wapenschild in het fronton aanbrengen.  Hij liet ook het prachtig smeedijzeren hekken voor het gebouw optrekken en verbouwde de achtergevel van het kasteel ingrijpend door er op de eerste verdie­ping een kapel in te richten.  Hij verleende het streng classicistische gebouw meer bravoure door er talrijke rococo-elementen aan toe te voegen.  Ook het kasteelpark, dat voorheen classicistisch rechtlijnig was, (o.a. de voortuin, de achtster) kreeg talrijke romantische impulsen (gras- en bospercelen met een verrassend lijnen- en bochtenspel).  Hij voorzag ook in een aantal nieuwe gebouwen, waaronder het koetshuis, een ommuurde moestuin en een cirkelvormige kennel met centraal erin een bakhuis.

In 1955 stierf de laatste telg van het geslacht Pycke de Peteghem.  Het gebouw met park kwam eerst in handen van de vzw Duinen en Heide, een stichting die zorgde voor verlaten kinderen.  In 1977, met de fusie van gemeenten, werd het domein eigendom van de ge­meente Aalter, die het kasteel in 1996-1997 grondig restaureerde.

Het leenhof van de kasteelheren, op het domein zelf, was de belangrijkste hoeve van het dorp.  Daarnaast waren er nog andere pachthoeven die nu nog bestaan zoals het Goed te Leurbroek, het Goed ter Baenst, het Haveskerkegoed, het Goed te Landschoot, het Goed te Hollebeke, het Goed te Boris en het Goed ter Eken.

Bezienswaardigheden

Sint-Lambertuskerk
De huidige bakstenen kerk is in 1842 gebouwd op de plaats van de vroegere gotische kerk.  De patroon van de neoclassicistische kerk is de heilige Lambertus.  Een schilderij van de heilige van 1662 hangt boven het hoofdaltaar.  Het is, samen met het schilderij van de H. Hubertus boven het Sint-Jansaltaar, van de hand van Petrus L. Beernaerts.
In het koor trekken drie brandglasramen de aandacht.  Ze werden in 1942-43 aan de kerk geschonken door Pieter van Poucke, die beweerde een rechtstreekse afstammeling te zijn van de heren van Poeke.  De voorstellingen in de glasramen staan in verband met de middeleeuwse heren van Poeke.  Het hoofdaltaar zelf bevat als antependium een steen afkomstig van het arduinen 16de-eeuwse praalgraf van Jan III van Poeke, de laatste afstammeling van de oorspronkelijke heren van Poeke.  Mooie grafmonumenten van telgen van de familie de Preudhomme d'Hailly bevinden zich achteraan in de kerk, en ook aan de buitenzijde tegen de koormuren.
Het orgel dateert van 1831 en is door de bekende Nevelse orgelbouwer L. Lovaert vervaar­digd.

Herberg De Casino, Poekedorpstraat 8
Vóór de Tweede Wereldoorlog werd een kamer van het huis, waar de 'herberg Gemeentehuis' was gevestigd, gebruikt als vergaderzaal van de gemeenteraad van Poeke.  Een bezienswaardigheid is een fraai stucplafond met centraal medaillon.

Geboortehuis van een bekende Poekenaar, Ruiseleedsestraat 3
De notariszoon Hendrik van Doorne (1841-1914) was een van de leerlingen van de beroemde poësisklas van Guido Gezelle in het Klein Seminarie van Roeselare.  Als vriend des huizes bracht Gezelle tijdens de vakantiemaanden verscheidene keren een bezoek aan de familie.  Zijn geboortehuis werd na de Tweede Wereldoorlog ingelijfd bij het klooster.  Tegen de gevel hing tot 1997 een plaat van VTB-VAB met een gedicht van Gezelle over het lieflijke Poeke.  Hendrik van Doorne werd later priester.

Klooster Sint-Vincentius, Ruiseleedsestraat 3
Het klooster van de zusters van Sint-Vincentius à Paulo werd in 1842 gebouwd onder de leiding van de stichteres moeder Vincentia, Joanna Rampelbergh, afkomstig van Meuze­ghem bij Brussel.  Het klooster bezat een pensionaat, een weeshuis, een kantschool, een kleuter- en lagere school voor meisjes.  Er werd les gegeven tot in 1981.

Rusthuis, Poekedorpstraat 39
De zusters apostolinen verzorgden ook de bejaarden in dit hospice of godshuis.  Dit neogotisch rusthuis werd in 1879 door pastoor P. J. de Kuyper gesticht met een legaat van de overleden baron Victor Pycke de Peteghem.  Het was dezelfde baron die in 1874 de mooie kapel ter ere van O.-L.-Vrouw van Lourdes bij het begin van de Middendreef liet bouwen.

Het Kasteelke (Kasteel De Reigerbeek), Knokstraat 10
Dit kasteeltje werd in 1872 gebouwd door Isabelle de Preudhomme d'Hailly, na de verkoop van het grote kasteel van Poeke.

Artemeersmolen, Artemeersstraat 14
Op de hooggelegen wijk De Duine staat de witte, stenen Artemeersmolen die in 1810-1811 werd opgetrokken.  Aanvankelijk deed de molen enkel dienst als graanwindmolen.  Vanaf 1830 werden een olieslagerij en een lijnkoekbrekerij op het mechanisme van de windmolen aangesloten.  De terugtrekkende Duitse troepen brachten in 1918 zware schade toe aan de kap van de molen.  In 1951 moesten de maalwerkzaamheden na een hevig stormweer stop­gezet worden.  Dr. Luc Goeminne kocht de molen op en liet hem in het midden van de jaren zeventig restaureren.

Arnold Strobbe

Bron: de uitstekende «Streekgids Meetjesland» gepubliceerd in 1998 door Natuur en Landschap Meetjesland vzw.

Naar de top van deze blz
Meer foto's
Het MeetjeslandInhoudstafelDoorzoek onze Meetjesland webstek

MijnPlatteland homepage
MijnPlatteLand.com

Meest recente bijwerking :  09-05-2022
Copyright Notice (c) 2024

Aalter
Adegem
Assenede
Balgerhoeke
Bassevelde
Bellem
Belzele
Bentille
Boekhoute
Donk
Doornzele
Eeklo
Ertvelde
Evergem
Hansbeke
Kaprijke
Kerkbrugge-Langerbrugge
Kleit
Kluizen
Knesselare
Landegem
Lembeke
Lotenhulle
Lovendegem
Maldegem
Merendree
Middelburg
Nevele
Oosteeklo
Oostwinkel
Overslag
Poeke
Poesele
Rieme
Ronsele
Sleidinge
St.-Jan-in-Eremo
St.-Kruis-Winkel
St.-Laureins
St.-Margriete
St.-Maria-Aalter
Ursel
Vinderhoute
Vosselare
Waarschoot
Wachtebeke
Waterland-Oudeman
Watervliet
Wippelgem
Zelzate
Zomergem