zoon van Jacobus Franciscus Gysels (A IX 2)
en Ida Coulier
° St-Laureins 28.10.1870
† Boma (Belgisch Congo, nu Zaire) 1.5.1902
Van hem hangt sedert 1957 aan de muur van het gemeentehuis te St-Laureins een herdenkingsplaat vanwege de Kongolese Herdenkingsbond, als hulde aan zijn werk in de toenmalige Belgische kolonie.
HULDE AAN DE PIONIER
VAN HET AFRIKAANS
BESCHAVINGSWERK
GYSELS OSCAR JOSEPH
LUITENANT
Geboren te St. Laureins 28.10.1870
Overleden te Boma 1.5.1902.
KONGOLESE HERDENKINGSBOND 1957.
Bij de herdenking werd door notaris A. Mast een toespraak gehouden waaruit we een korte levensbeschrijving hebben gehaald:
"... Op 15-jarige leeftijd vervoegde hij het zevende linieregiment als vrijwilliger. Maar het mysterieus Afrikaans gebied lokte hem sterk aan en in december 1900 werd hij aangenomen in de rangen van de Openbare Macht van de Onafhankelijke Kongostaat in de hoedanigheid van onderofficier... Op 2 november 1893 werd hij achtereenvolgens aangeduid voor de expeditie van de Haut-Uelé en op 26 mei 1894 voor Banana.
Op 1 januari 1896 werd hij adjudant benoemd en op 25 mei 1896 tot onderluitenant bevorderd. Hij keerde terug bij het einde van zijn eerste term op 25 october 1896.
Op 19 maart 1900 scheepte hij in te Antwerpen. Op 9 mei 1901 werd hij aangeduid voor het kamp van Beneden-Kongo. Hij werd luitenant benoemd op 9 october 1901 en op 7 april 1902 kwam hij terug naar Boma om gezondheidsredenen, alwaar hij op 1 mei 1902 overleed..."
Om zijn functie nader te belichten citeren we verder uit die toespraak:
"... In 1891 werd door de onafhankelijke staat van Kongo beslist een fort op te richten in de omstreken van Boma om de eventuele oorlogsschepen van vreemde landen, met het oog op de bezetting, tegen te houden op hun weg naar het Kongogebied. Dit fort werd opgericht te Shinkakasa op 1,5 km van Boma en 200 soldaten waren er de verdedigers van.
Te dien tijde bestonden er (onder de zwarten) 2 categorieën soldaten: regelmatige soldaten en arbeiders-soldaten. Onder deze laatsten waren er gewezen regelmatige soldaten die aan zekere opstanden hadden meegewerkt, soms hadden deze reeds hun dienstterm van 7 jaren voltooid, maar, om hun slecht gedrag, werden ze weer ingelijfd. Zo kwamen ze tot nieuwe opstand in hun haat tegen hun officieren. Ze trachtten overigens hun rasgenoten van de regelmatige compagnie van Beneden-Kongo in hun actie tegen de blanken mee te slepen. En zo gebeurde het in 1900 dat ze uit het hogervermelde fort al de munitie en de wapens uit de magazijnen weghaalden door de sleutels af te nemen van de soldaat belast met de bewaking.
Ze schoten obussen en kogels naar de mess waar de officieren zich schuil hielden. Gelukkig dat de oproerige soldaten zeer onbehendig te werk gingen en enkel stoffelijke schade berokkenden.
De hogere militaire instanties namen de zaak in handen. Van alle zijden kwamen er sterk geankadreerde manschappen en het fort werd omsingeld met de bedoeling de rebellen uit te hongeren. Op zekere nacht, toen al hun munities uitgeput waren, vluchtten de opstandelingen uit het fort weg, een twintigtal doden en gekwetsten achterlatende.
Luitenant Gysels werd gestuurd om die rebellen, ten getalle van 200 achterna te zetten en gevangen te nemen om ze te beletten andere streken uit te moorden. Met 30 man bereikte hij de streek van Tshoa aan de Portugese grens, en probeerde daar de opstandelingen tegen te houden in hun vlucht naar 't Portugees Kongogebied. Twee liepen echter over naar het Frans gebied en werden te Krazzaville gevangen genomen. Achttien opstandelingen werden ter dood veroordeeld.
Deze op 't eerste zicht weinig omvangrijke negerrevolutie, maakte heel wat ophef in het Kongogebied, bijzonder omdat ze plaats greep in de toenmalige hoofdstad Boma. Ook door die oproerige actie werd de handelsscheepvaart op de Kongostroom in 't gedrang gebracht gedurende enkele tijd...."
We kunnen ons natuurlijk wel afvragen waarom pioniers als luitenant Gysels naar Centraal-Afrika trokken. We citeren ten slotte een laatste maal uit de hogervermelde toespraak:
"... In zijn boek "Sur le Haut Congo" beschreef kapitein Coquilhat in volgende regels de geest met dewelke die baanbrekers bezield waren: 'Wij waren geen pessimisten en we konden genieten van de weldaden van de beschaving en wij hadden geen enkele neiging tot melancholie. Maar wij dachten nieuwe bronnen van voldoening en vorming te kunnen ontdekken in een nieuw maar hard werk, in een strijd tegen de moeilijkheden en het onbekende en wij hoopten daardoor onze karakters te stalen. Ten slotte wilden we onze krachten beproeven en zien of wij het onze konden bijdragen tot de opbouw van het grootste beschavingswerk van Centraal Afrika.'..."
Onze Gyssels Welkom-blz
Inleiding
Inhoudstafel
Algemeen Overzicht
Tak A —
Tak B
Doorzoek deze Gyssels webstek !
Meer stambomen
MijnPlatteLand.com
Meest recente bijwerking : 27-02-2023
Copyright (c) 2024
Alois Severin Gyssels
Angelus Gyssels (A IX 12)
Bernard Gyssels (A VII 4)
Bernard Gysels (A VIII 3)
Bernard J. Ghysels (A VIII 12)
Bernard Gysels (A IX 7)
Carolus Geysels (A VII 5)
Carolus Gyssels (A VIII 10)
Charles L. Gysels (A IX 4)
Charles L. Gysels (A IX 7)
Constant Gyssels (A IX 10)
Cornelius Gyssels (A VIII 7)
Dominicus Gh. Gysels (A VIII 4)
Dominicus G. Gyssels (A IX 1)
Franciscus Gyssels (A VIII 6)
Fredericq Gysels A IX 3)
Gisbertus Gyssels (A V 1)
Jacobus Gyssels (A VI 1)
Jacobus Fr. Gysens (A VIII 1)
Jacobus Fr. Ghysels (A VIII 9)
Jacobus Fr. Gysels (A IX 2)
Joannes Ghijsels (A II)
Joannes Gysels (A III)
Joannes Gysels (A IV)
Joannes Gyssels (A V 2)
Joannes Gyssels (A VII 2)
Joannes B. Gyssels (A VIII 5)
Joannes Fr. Gysels (A IX 6)
Karel L. Gyssels (A IX 13)
Livinus Gysens (A VIII 2)
Norbertus Ghysels (A VII 3)
Oscar Joseph Gysels
Petrus Gyssels (A VII 1)
Petrus Fr. Gyssels (A IX 9)
Petrus Gyssels (A VI 2)
Petrus Geysels (A VII 6)
Petrus Gyssels (A VIII 8)
Petrus Gyssels (A IX 11)
Pieter Fr. Gyssels (A VIII 11)
Pieter J. Gysels (A IX 5)
Algemeen Overzicht
Tak B
Gyssels homepage
Inhoudstafel
Doorzoek deze webstek
Mijn Platte Land