Hij trad in het huwelijk in Oosteeklo op 4-5-1771
met Joanna Livina Thyssebaert. Zij werd geboren in Lembeke als Ysebaert op
22/11/1745 (elders ook Isebaert), dochter van Cornelius en Marie Pauwels uit
Lembeke.
Zij schonk het leven aan acht kinderen. Petrus Emmanuel overleed in Eeklo op
12 april 1811 rond de middag in zijn woning in het Hondekotstraatje. Als beroep
gaf zijn schoonzoon Bernard Lecomte "fileur de laine" aan.
Joanna was 79 jaar oud toen ze op 11-3-1823 om 15 uur in haar woning "in
de brugschestraat" te Eeklo
de eeuwigheid inging.
Hun kinderen:
Petrus Jacobus Noë
° Eeklo 1-3-1772.
Huwde met Joanna Livina Roegiers en overleed in Eeklo op 10-12-1808 om 8 uur
's morgens in het huis met nummer 192, sectie C wijk Blommekens te Eeklo.
Hij had geen kinderen.
Vincentius Noë
° Eeklo 27-9-1773
x Eeklo 21-1-1795 Thecla Francisca Rabaut
xx Gent 9-2-1831 Joanna De Buck
† Gent 6.7.1831
Joannes Bernardus Noë
° Eeklo 19-7-1777
† Eeklo 12-9-1784
Carolus Noë
° Eeklo 29-6-1779
† ?
Anna Noë
° Eeklo 26-5-1781
Ze was naaister.
Ze huwde in Eeklo
op 11-5-1803 met Felix Nieffels, zoon van Silvester en Petronella Pauwels, geboren in
Eeklo op 19-11-1757, een wever die in de "rue de vicaire" te Eeklo woonde.
Hij overleed in Eeklo op 29/6/1803 en op
8 juni 1804 werd ten huize van Anna een "prijzij" opgemaakt door
notaris Jacobus Aernout uit Eeklo, in aanwezigheid van Pieter Dhuyvetter, oom
en voogd over het enige kind Marie Therese, dat amper 3 maanden oud was.
Er is slechts sprake van een keuken, een zolder en een achteruit; veel ruimte
was er trouwens met volgende inboedel niet nodig. Maar niets anders dan
een woonvertrek waarin alles gebeurde ?
Dat schijnt niet abnormaal geweest te zijn. Laten we even rondneuzen:
een hangel, brandel, 2 tangen, 2 schoppen, een schuimspaan, vork, rooster, "baenslee",
blaaspijp, staanderken, "confoor", bak met "forchetten", lampen, wijwatervat en
peperbus, samen geschat op 13,23 frank.
"14 tailliooren op het schouwboort, 12 geleyerde schotels, ses dito potjens en
schaelkens, caffe en melkkanne, bert met 12 thene lepels, strijkijzer en bauten,
thepot en noch ses potjens en schaelkens", samen 17,68 frank.
"6 stoelen, een taeffel, een casse, 2 spoelcommen, coperen caffeketel, 2 manden,
2 coeckpotjens, theketel, 4 tailliooren, eenen ijseren pit en een spiegelken",
samen 23,30 frank.
"een bedde met sijn toebehoorten, de gordijnen aen de coetse ende het schauwkleet",
samen 54,42 frank.
"een spinnewiel en toebehoorten, een haspe (garenwindel), een spae en voordere
cleynigheden", samen 5,44 frank.
Op zolder: "een streckcoetse met de daerin liggende slaepijnge, waeffelijser en
eenigh droog haut", samen 29,20 frank.
Op de achteruit: een emmer en twee kuipjes, samen 4,88 frank.
De klederen van de weduwe werden op 16,32 frank geschat en haar gouden oorringen,
een gouden kruisje en een ring samen op 30,83 frank.
In totaal beliep de waarde 195,11 frank. Ter vergelijking: in het zelfde jaar
werd de inventaris van een kleine boer zonder paarden maar met 2 koeien gewaardeerd
op meer dan 1200 frank.
(Bron: RAG 219/C13, Notarieel depot De Keukelaere Eeklo I, notaris Jacobus Aernout,
Eeklo, bundel 2, akte 65.)
Een goed jaar na haar eerste huwelijk, nl. op 14-6-1804, hertrouwde Anna met Pierre
Vandegenachte, een schoenmaker. Hij was geboren in Eeklo op 2 december 1781,
de zoon van slager François Vandegenachte en Jeanne Aernout.
Anna schonk het leven aan 7 kinderen. Ze overleed op 7-4-1823 om 11 uur
's morgens in haar woning in het Cocquytstraatje te Eeklo.
Pierre hertrouwde in Eeklo op 27/12/1823 met Maria Francisca Vyncke, geboren in
Eeklo 27/3/1800 als dochter van Philippus en Maria Verheecke. Zij schonk Pierre
nog eens 8 kinderen en overleed in Eeklo op 8/4/1875. Pierre zelf stierf op
67-jarige leeftijd in de Cocquytstraat te Eeklo op 13/12/1848. Zijn oudste
kind was 43 jaar, zijn jongste nauwelijks 8 jaar.
(Onze bron voor een deel van de informatie over Anna: “De Eik”, jg 18,
blz 255-256)
Livina Francisca Noë
° Eeklo 14-1-1787
Huwde in Eeklo op 9-6-1809 met schoenmaker Bernard Lecomte die in Eeklo op
28-10-1779 geboren werd als oudste zoon van Jan Baptiste en Joanna Catharina
Wilderoo en reeds weduwnaar van Maria De Rouck. Ze waren meer dan 54 jaar
gehuwd en beiden ongeletterd. Ze woonden lang in de Kerkstraat, later in de
Prinsenhofstraat en beiden werden op het einde van hun leven opgenomen in de
Brugsestraat in "het gesticht van liefdadigheid". Bernard overleed
er op 26-12-1863 en Livina op 12-10-1866. Zij hadden slechts 1 dochter.