Madrid den 27 janvier 1813
Seer Beminden Vader ende Moeder
Mijne schuldige liefde die ik tot Ul. draege doet mij de penne in de hand nemen
om mij te informeren naer den staed van ul. gesondheijd. Wat aengaet van den
mijnen, alsook van Spiegleir en Charles Lippens van Baelegem, die is noch seer
goed. Maer ik ben ten uijstersten verwondert wie daer schuld aen is dat het
gepasseert jaer van ul. geschriften niet gesien en hebbe. ik kan wel gelooven
dat ul. veel arbeijd hebt, vermids mijnen broeder Pieter nu ook is moeten voord
gaen, maer daer blijft dog nog tijd over om (t)een alf vel papier vol te schrijven,
en gij mijnen broeder bernard (?) mijne denkt als dat het spreekwoord niet en mist
'uijt de oogen, uijt de herten' naer ul. vrij gemaekt te hebben, gelijk gij wel weet
waer, en schrijft gij mij niet ten minsten alle drij maenden. Het sal ul. soo
veel niet kosten: voor drij fransche stuijvers steekt men den brief in den post en
is vrij van transport.
Ik hebbe met den sone van Meerschaert twee maenden gemarcheert, die opgekomen is
met Domin Schepens van teegen de kerke, maer Schepens is agter gebleven in het
hospitael en we hebben hem niet meer gesien en niet hooren van spreken. Ik
hebbe over eenigte daegen eenen brief ontfangen die geschreven was van Bernaerd de
Corte van Munte, den welken mij vraegt naer sijnen sone die onder het 122 regiment
de ligne is: ik en hebbe het regiment noijt gesien nog en weet er niet van te
spreken. Den raed die ik ham kan geven is desen: hij moet eenen brief schrijven
naer het conseil d'administration van het geseijd regiment, die sullen hem den
doodsbrief senden in het saeken dat hij dood is.
Wat aengaet hier van den staed van het land, die is seer slegt: het is bij naer
al geruineert wat men vind van den langduerigen oorloog, van de contributen die
de boeren hier moeten betaelen. Het beleg van Cadix is opgebroken al van over
vijf maenden, en wij sijn möeten uijt Andalousien komen om de Engelsche weg te
jaegen die den Koning van Spagnien uijt Madrid weg ge(jae)gd hadden, en de
engelsche sijn tegenwoordig wederom in Portegal. Sijt soo goed van de
complimenten te doen aen den heer pastoor, aen mijnen broeder Pieter met de
eerste gelegendheijd, aen geheel mijne famille en alle goede kennisse.
Votre très obeisant serviteur et fils
Francois Casteels
ontfangen 19 maerte 1813
Mijn addres:
A Francois Casteels, dragon au 27 regiment, 2me compagnie, second brigade du
premier division a l'Armée du midi en espangnien.
GEADRESSEERD:
A monsieur van Daelen, marchand de fer sur la place dit Calanderberg a Gand,
pour remettre a Constantin Casteels a Oosterseele
Departement de Lescaut, par Gand en Flandren.
AANTEKENINGEN:
Brief geschreven op het einde van 5-jarigen oorlog in Spanje. Wellington is
terug in Portugal, en vanuit het westen en het zuiden wordt het Franse leger
teruggedreven. Op 28 mei 1813 zal Madrid genomen worden, en in november staat
het Engels leger aan de Pyreneeën !
Brief 1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9 - 10 - 11 - 12 - 13 - 14 - 15 - 16 - 17
MijnPlatteLand.com
Meest recente bijwerking : 21-04-2021
Copyright (c) 2024