Uit tijdschrift "Ons Meetjesland", 1971, 4de jaargang, nr. 2

Het Gemeentehuis te Adegem

We horen tegenwoordig dagelijks over het vormen van federaties van gemeenten, en denken dat dit een gevolg is van de evolutie van de tijd.  Deze plannen zijn echter niet nieuw.

In een circulaire van 15 januari 1829, betreffend het ontwerp tot samensmelting van gemeenten, wordt de vraag door de overheid gesteld om de gemeente Adegem te verenigen met de randgemeenten, Maldegem en Sint-Laureins.

De raad besliste eenparig dit voorstel te verwerpen (zitting van 6 februari 1829), met als reden dat er op voormelde datum 3468 inwoners op de gemeente verbleven, en dat zij wensten haar autonomie te bewaren.  De fusie is dus toen niet doorgegaan, de bevolkings­aangroei steeg voortdurend, het ontwikkelingspeil verhoogde en de groei naar meer en meer zelfstandigheid kwam tot uiting.

De gemeente bezat een derde deel in eigendom in het gemeentehuis te Maldegem.

De oorzaak van die toestand moeten we zoeken in het oude bestuursregime.  De gemeente Maldegem betaalde jaarlijks 165,75 fr. pacht aan Adegem, boven de lasten.  In de onderhoudskosten van het gemeentehuis «tot Maldeghem» moest Adegem regelmatig bijdragen (dit schommelde tussen de 40 fr. en 80 fr. per jaar).  Het gemeentehuis te Maldegem was een herberg en bewoond door Jan Baptiste Storme.  Op 27 september 1832 doet Maldegem een eerste aanzoek om dat derde deel uit te keren.  Na een paar onderhandelingen gebeurde dit, zodat de gemeente Adegem, geen enkel deel, noch geheelheid bezat om de gemeentelijke ambtsbezigheden onder te brengen.  Het spreekt vanzelf dat de gemeentevaderen in die tijd geen raadszittingen hielden in het gemeentehuis te Maldegem.  Zij moesten hun toevlucht nemen tot het huren van «een raadkamer».

Deze is op verschillende plaatsen geweest, en het loopt niet altijd van een leien dakje om deze op te sporen.  Vermoedelijk is de raadkamer nog in het Broekeiken geweest (woning Jules De Schepper).  Doch een van de plaatsen, ingericht tot gemeentehuis, onder het Burgemeesterschap van Jean Vermeersch (afkomstig uit Maldegem) luidt als volgt:

«Gepubliceert het nevenstaande arrêté op zondag 22 augusti 1818, na de hoogmesse, tusschen 11 en 12 ure van de voormiddag, binnen de commune van Adeghem:

Den Burgemeester der commune van Adeghem, overwegende dat verscheyde acten van administratie vereyschen ene publiciteyt en het locael alwaer dezelve behooren te worden uitgeoeffend door het gemeente gekent zij.

In aendagt nemende dat deeze commune tot alsnu is onvoorzien van een communaal huys; dat onze précedeurs daar voren hebben gehouden verscheyde locaelen zonder dat te dien pointe eenige blijken existeren van deszelfs weezentlijkheid; dat het tevens nosoir is dat alle publicatiën worden gedaen en geaffixeert aan het huys bewoont door Jacobus Francies Willems, herbergier binnen deeze commune;

Gezien de wetten op deeze materie;

Besluit:

Eersten artikel: Het huys van het gemeente zal provisoirlijk en tot alderstond de volkomen organisatie van het bestier gehouden worden in de noordkamer van het huys bewoont door Jacobus Francies Willems in het Dorp deezer commune, alwaer alle publique acten raekende de administratie en den civiel en staet zullen worden uitgeoeffent.

Tweeden artikel: Het tegenwoordig Besluyt zal aen het gemeente worden bekent gemaekt bij gewonelijke publicatie.

Gedaen in ons cabinet tot Adeghem, den 22 augusti 1818.

get. J. Vermeersch.»

In de bevolkingsregisters vonden wij dat Jacobus Willems gehuwd was met Johanna Potvliege en hij had twee dochters.  Zijn huisnummer was 557, in de Sectie H.

De zetel van het wethuis, zo noemde men dat in de volksmond (raadkamer en secretarie) bleef daar gevestigd tot in 1837.  Ondertussen was de herbergier Willems overleden, en de weduwe samen met haar jonge dochters baatten de herberg uit.  Doch, op 12 mei 1837 verkoopt zij heimelijk haar herberg aan Carolus Van der Heyden, tapper te Waarschoot.  Meteen zat de raad weer op straat.

Er wordt onmiddellijk vergaderd en beraadslaagd.  Met eenparig besluit wordt beslist alle gemeente-archieven te verhuizen naar de herberg: Den Hert, zegge Sint Hubert, bewoond door Francies Van den Genachte (herberg waar vroeger de Familie Himschoot gewoond heeft, thans het winkelhuis: De Lobel-Stul).

Het schijnt daar goed te gaan, want van verhuizen is geen sprake meer tot de jaren 1862.  Dat was dan onder het burgemeesterschap van Joannes-Martinus De Weert, geboren te Adegem de 7 december 1785 en er overleden als burgemeester de 11 mei 1860.  Hij werd opgevolgd door Désiré De Weert.  Dat moet een zeer dynamisch man geweest zijn die veel voor de gemeente gedaan heeft.  Een van zijn eerste bekommeringen was de zorg om het onderwijs op de gemeente.  Amper een jaar na zijn aanstelling vinden we reeds een gemeenteraadsbeslissing (29 mei 1861) waarin het oprichten van een nieuwe school met onderwijzerswoning en secretarie in het vooruitzicht wordt gesteld.  De volksschool uit die tijd moet gestaan hebben op de westzijde van het huidig rustoord (volgens het plan Popp).  Nu zijn daar geen sporen meer van te vinden.

Burgemeester De Weert onderhandelde met Jan-Franciscus De Prest en zusters, en ook met Cesar Van de Velde voor de aankoop van grond, gunstig gelegen in het centrum van het Dorp.

Om de machtiging tot aankoop bij de Overheid te bekomen worden in een schrijven aan de toenmalige Minister de volgende motieven naar voor gebracht:

«Overwegende dat de voorgestelde plaats voor het oprichten van schoolgebouwen zeer geschikt is en aan alle vereisten van goede gelegenheid en gezonde ligging voldoet;

Overwegende dat het verwezenlijken van deze noodzakelijkheid, de afbraak zal noodzakelijk maken van twee «afzigtelijke gebouwen», waaronder een zeer laag huisje waar al het water te samen vloeit dat op het Dorp valt, en alzo «bij tijden enen stinkenden poel» vormt, en een verkenskot met gemakhuis, die opgericht zijn tegen de openbare weg, te midden van het Dorp, en voor gevolg zal hebben het supprimeren van een vuilnisgracht, die bestaat tussen de eigendommen De Prest en Van de Velde.

Daarom, enz... »

Er komt gunstig advies en de aankoop van de grond wordt door het ambt van Notaris Wallyn afgesloten.  De familie De Prest verkoopt 8a 50ca (Sie H. Nrs 71-72-74) voor de som van 2.500 fr.  Aan Cesar Van de Velde wordt 2a 50ca gekocht (nr 13) voor de som van 600 fr.

Het dorp van Adegem bij de aanvang van de 20ste eeuw.  Uiterst links bemerkt
men nog een raam van het vroegere bewaarschooltje, verder het witgekalkte
kerkhofmuurtje, het klooster en de herberg «Sint Hubert» (= «Den Hert»).  De witte herberg, rechts van de straat, is «Het Damberd».

(Prentkaart uit de verzameling van de h. De Baets, Adegem).

Bij Koninklijk Besluit van 5 oktober 1862 wordt machtiging verleend tot het oprichten van een nieuwe school met ambtswoning en secretarie, en subsidie wordt beloofd.  Deze toelage komt op de lange baan terecht en het wordt een wachten op nieuws.

In zitting van 8 april 1863 besluit de raad nogmaals aan te dringen en een der voornaamste redenen wordt gemotiveerd als volgt:

«De school is in zulke erbarmelijke toestand dat de zoldering is moeten met balken onderschraagd worden om mogelijks ongelukken te voorkomen.  Zij is nauwelijks groot genoeg om volgens de verordende schikkingen 50 leerlingen te plaatsen, en daar er tegenwoordig 120 en des winters 170 leerlingen naar de school komen, moeten zij opeengeperst zitten.

Overtuigd dat de voortduring van deze «beweenlijke» staat van zaken gestadige gevaren oplevert voor het leven en de gezondheid van de kinderen, die ten getale van 120 naar school komen, in een plaats van 63 meters oppervlakte en 184 kubieke meters lucht.»

De raad wendt zich verder ook nog tot de Heren Voorzitter en leden van de Bestendige Deputatie om voormelde staat van zaken «bloot te leggen» en eerbiediglijk, maar krachtdadig aan te dringen om zodra mogelijk het ontworpen werk goed te keuren.

Er zijn nog heel wat strubbelingen aan het venster komen kijken, doch in het jaar 1864, beginnen de werken: Een school met drie lokalen, een onderwijzerswoning, met een gedeelte van de woning bestemd voor raadszaal en secretariaat.

De aannemer Beert-Campens was de laagste aanbieder en voor de som van 17.974 fr worden de werken aanvaard.

Tot surveillant van de bouwwerken wordt van gemeentelijke zijde benoemd: Sieur Eduard De Pré, timmerman te Adegem, die bij stemming 9 stemmen bekwam tegenover Francis De Smidt een stem.  Hij ontving hiervoor 2 fr per dag, mits een volle dag aanwezigheid op het werk.

Een ingemetselde arduinen blok met de namen van het Schepencollege, de aannemer en de bouwmeester bevindt zich aan de zuidelijke gevel onderaan in de muur.  Hierop staat het volgende: 1864. D. De Weert Burgemeester, G. Herrebaut en P. De Reu, Schepenen, L. De Weert secretaris, Th. Bureau, bouwmeester, C.Beert-Campens, ondernemer.

Als wij nu het gemeentehuis beschouwen, met zijn toenmalige hoofdbestemming, de woning van de hoofdonderwijzer (dat was Mr Stoens die er eerst heeft van genoten), dan kunnen wij beamen dat het een prestatie geweest is, uit die rijd.  Want, het is geen vijftig jaar geleden dat, alhoewel op de voorgevel in arduin gegrift staat «Gemeentehuis», er enkel twee plaatsen in beslag werden genomen voor gemeentelijke administratie, namelijk het kamertje op de voorgevel was het secretariaat en het huidig bureel van de Burgerlijke Stand was de raadszaal.  De rest van het ganse gebouw was de ambtswoning van de hoofdonderwijzer Stoens.  Na hem kwam Mr Van Cauwenberghe, daarna Mr Boute en na hem, werd de gedeeltelijke woning gans omvormd tot inrichting voor gemeentelijke diensten.

Vooral onder het Burgemeesterschap van Mr Albert De Kesel is de binnenhuisinrichting van het gemeentehuis grondig gewijzigd en aangepast.  Om dit te verwezenlijken werd in 1965, een van de drie lokalen gebouwd in 1864, tot raadszaal ingericht.

Thans bezit onze gemeente een der mooiste ontvangstzalen, terzelfdertijd raadszaal, van het Meetjesland.  Het landelijk karakter is behouden gebleven, doch de zaal werd stijlvol en ruim ingericht.

Pierre Van Cleemput

Separator

Naar de top van deze blz.

Inhoudstafels
1968 - 1969 - 1970 - 1971 - 1972 - 1973 - 1974 - 1975 - 1976 - 1977
1978 - 1979 - 1980 - 1981 - 1982 - 1983 - 1984 - 1985 - 1986

Welkomblz van tijdschrift "Ons Meetjesland"
Doorzoek «Ons Meetjesland»!

MijnPlatteland homepage
MijnPlatteLand.com

Meest recente bijwerking :  21-04-2021
Copyright Notice (c) 2024