Hoewel het Eeklose Stadsarchief aanspraak kan maken op een homogeen geheel vanaf het begin der 17de eeuw, wat nagenoeg enig is voor een kleine stad als de onze, beschikken we wat kaartenmateriaal betreft slechts over een summiere verzameling. Het Rijksarchief te Gent en Brugge bezitten slechts enkele afbeeldingen betreffend Eeklo van vóór de 19de eeuw.
De hierbij weergegeven kaart is één van de weinige figuratieve schetsen, die ons Eeklo-binnen laat zien op het einde van de 17de eeuw.
Het stratenpatroon van de binnenstad, zoals we het hier terugvinden, is ongetwijfeld ook dit van het 13de à 14de-eeuwse Eeklo. De as werd gevormd door de grote strate, die zich westelijk splitste aan de Spriet, enerzijds richting Raverschoot, langs waar men ook naar Balgerhoeke ging; anderzijds in de huidige Molenstraat, die toen nog van ondergeschikt belang was en als dusdanig dunnetjes bewoond.
Noordelijk liep de Boelare, die vanouds een belangrijke verkeersader was met de poldergemeenten. Oost daaraan lag de Kerkstraat die verbinding gaf met Lembeke.
De eigenlijke historische stadskern van Eeklo situeert zich ten zuiden van de "grote strate" tot aan de Zuidmoerstraat (op de kaart: wegh naer thoutte wambaijs op de lieve).
Kaart van Eeklo-Binnen, nummer 1438, Rijksarchief te Gent. |
Van West naar oost onderscheiden we de Cocuytstraat, waarin de huidige Zandstraat geïntegreerd was; het "straatjen zonder einde" zoals het heden in de volksmond nog genoemd wordt, zijnde een beluik recht over de Boelare; het Sterrestraatje en de Collegestraat. De verbinding tussen de Cocquyt- en Collegestraat is de Vlamingstraat.
Uiterst oostelijk loopt de Paterstraat, vroeger Recollettenstraat, zo genoemd na de huisvesting van de Paters Recolletten, in de gebouwen van de verdreven kloosterzusters. Het voornoemde pand is op de kaart eveneens weergegeven.
Deze kaart kwam vermoedelijk tot stand wegens het verbod van 1692 om granen te kopen op het platteland, buiten de marktdagen het te verhandelen of te stapelen, zonder voorafgaandelijke kennisgeving aan de wet. Deze maatregel kreeg zijn toepassing om de toenmalige graanschaarste en dito handel met de vijandige mogendheden tegen te gaan.
In opdracht van baljuw Jacobus de Smidt (ook de Smet) werd door de landmeter van het Brugse Vrije op 10 juli 1693 voornoemde kaart opgemaakt. Waarop de gestippelde lijn (Boelare-Spriet-Cocquytstraat) het trajekt weergeeft langs waar het illegaal graantransport gekomen was. Het "verdonkerde" graan werd opgeslagen op de hofstede toebehorend aan de erfgenamen van Charels van de Kerckhove en Jan Keppens, gelegen op de westhoek van de Cocquyt- en Zuidmoerstraat.
Vermoedelijk moest de kaart dienen als bewijsmateriaal bij het proces tegen graankoopman Pieter van Crombrugghe, die tegen de verordening in, graan had ingevoerd en gestapeld.
Het weervinden van de korresponderende stukken dienaangaande, zou ongetwijfeld meer klaarheid brengen nopens de motivatie van de opgemaakte kaart.
E.D.S.
Origineel: | Rijksarchief Gent, fonds Kaarten en Plannen nr. 1438. Gekleurde kaart op stevig papier. Formaat 423 X 265 mm. Opgemaakt 10 juli 1693. |
Geraadpleegde bronnen: RAG-Fonds Kaarten en Plannen, nr 1438. SAE-384 f°120r°, Landboek van Eeklo. |
A. De Vos: | Eeklo: Van Natuurlandschap tot stratennet, Appeltjes van het Meetjesland, nr 22-1971. |
Vorig artikel: Overlijden (Commandant Roger Andries) |
Inhoud van 1979, jaargang 12 |
Volgend artikel: Vaarwel landelijk Zomergem! |
Inhoudstafels |
1968 -
1969 -
1970 -
1971 -
1972 -
1973 -
1974 -
1975 -
1976 -
1977 1978 - 1979 - 1980 - 1981 - 1982 - 1983 - 1984 - 1985 - 1986 |
Welkomblz van tijdschrift "Ons Meetjesland"
Doorzoek «Ons Meetjesland»!
MijnPlatteLand.com
Meest recente bijwerking : 21-04-2021
Copyright Notice (c) 2024