zoon van Franciscus Gysels (B III) &
Catharina Van Cauwenberghe
° Oostwinkel 26.2.1683
x Adegem 10.4.1709 Petronella Goossens
xx Oostwinkel 4.10.1711 Joanna Maria Matthys
xxx Zomergem 7.2.1722 Georgia Bultynck
† Adegem 8.3.1761.
Judocus Gysels werd in Oostwinkel geboren op
26.2.1683. Hij werd nog dezelfde dag gedoopt in de parochiekerk, met als
peter Joannes Baert en als meter Judoca Hasselmans.
Zijn vader stierf op 21.6.1710, maar kort hiervoor, is hij op 10.4.1709 te
Adegem in het huwelijk getreden met Petronella Goossens.
"Frans Gijsens en Elisabeth Goossens" waren getuigen bij dit huwelijk.
Kort na de geboorte van haar enige zoon is Petronella gestorven. Ze werd
begraven in Oostwinkel op 12/8/1711. Ze was slechts 23 jaar oud.
Op dat ogenblik woonde Judocus in Oostwinkel; vanaf 1714 pachtte hij 6 gemeten en 110 roeden land op de wijk van "den hooghen en de leeghen Murckele" te Adegem in het 28e beloop, "een beloopken begonnen op den hoeckbilck toebehoorende pieter de reytere tavernier, gheleghen op den hoeck van de murckelstraete". En meteen kon hij ook de verhuis naar Adegem beginnen, want hij pachtte "...eene behuysde hofstede, west de Murckelstraete..." van 308 roeden en een stuk land ernaast van 330 roeden.
In 1719 pachtte hij ook 1 gemet en 62 roeden land op de grens van Oostwinkel met Ursel aan de Vlamingstraat, land dat in 1734 aan Jan Dhaese verpacht werd. Het gebied dat Judocus lange tijd bewoond heeft tussen Murkel en Kruipuit behoorde bestuurlijk tot Adegem en dus tot het Ambacht Maldegem, maar kerkelijk tot Oostwinkel. Oostwinkel zal alleszins veel dichter geweest zijn dan Adegem ! (81)
Judocus hertrouwde in Oostwinkel op 4.10.1711 met Joanna Maria Matthys (° Oostwinkel rond 1690) meestal Maria genoemd, die hem 4 kinderen schonk en reeds op 31-jarige leeftijd in Adegem overleed op 19.11.1721. Zij was de dochter van Guillielmus en Margaretha Goethals. Judocus’ broer Frans en Maria’s oom Nicolaes Matthys waren voogden over de drie nog levende wezen. Maria werd voor haar dood bezocht door meester-chirurgijn Ludovicus Van Waesberghe uit Eeklo; hij rekende achteraf 11 schellingen en 8 grootten aan voor "...visiten ende eenighe leveringhe van medicijnen aende overledene in haer laetste sieckte..." Als we weten dat haar man nog 2.10.00 ponden moest betalen voor bijna 7 maanden loon aan de "dienstmaerte", dan moeten we toch beseffen dat die chirurgijn meer dan 5 weken loon heeft gekost.82
Nog geen drie maanden na het overlijden van Maria hertrouwde Judocus te Zomergem op 7.2.1722 met Georgia Bultynck, in de volksmond Joosijntje genoemd. Zij was de dochter van Georgius en Anna Versluys en werd in Zomergem geboren op 20.5.1685. In het kraambed van haar tweede zoon, die de stamvader zou worden van een talrijk nageslacht, is Georgia op 9.1.1724 naar de Heer teruggekeerd.
Een vierde keer trouwde Judocus in Oostwinkel op 30 april 1724 met Joanna Christiaen(s), die in Adegem geboren werd op 9.1.1699 als dochter van Martinus en Suzanna De Vliegher. De pastoor schreef in zijn huwelijksregister: "Factis tribus proclamationibus et nullo impedimento inter se iuncti sunt matrimonio iudocus gysels et ioanna christiaen. Testibus iacobus gysels et ioanna gysels et me". Zij schonk haar man 8 kinderen.
Vanaf 1733 huurde hij 7 gemeten en 11 roeden op de wijk "Kerselare en Vierweegsche" te Adegem. Het belangrijkste deel ervan lag in het twintigste beloop:
"Eerst begonnen den wijck ofte gheweste daer het goet ter heyden in licht, bij den appelboom op den hoeck vande straeten, schietende lancxt de straete van denselven appelboom naer den vlotgracht van daer suyt ende somtijts oostwaert scheedende jegens de boschen begrijpende alle de hoostvelden tot op het vrouwestraetken, van daer lancxt het voornoemde vrouwestraetken, Geeraerd d'hooghen voorbij, rechte tot op 's heerenstraete die naer den Cruypuyt loopt, soo lancxt de selve straete naer den appelboom op, te weten op de oostsijde tot daer het begindt."
Op het einde van dit beloop stond er een hofstede die Judocus vanaf 1733 huurde: "een behuysde hofstede, suyt ende west 's heerenstraete... eertijds van Adriaen Van Landtschoot". In 1744 werd die verpacht aan Jan Van Speybroeck. Vanaf dat ogenblik pachtte Judocus een goede 9 gemeten land en een behuisde hofstede in de buurt van Veldekensdamme en de Kruipuit, tot 1777, het land ernaast pachtte hij slechts tot 1770. Waarschijnlijk werd het daarna door een van de kinderen gepacht.
Van Joosijntjen Bultynck werd de staat van goed bewaard en we gaan deze bij wijze van voorbeeld een beetje meer in detail weergeven! Zo klonk zijn aanvang:
"Staet ende inventaris van alle de goederen soo meuble als immeuble midtsgaeders commeren ende lasten bleven ende bevonden ten sterfhuyse van Joosintken Bultynck filia Jooris, overleden binnen de prochie van Adegem op den viii janry 1724, saligher memorie, welcken staet heeft doen maecken ende stellen int gheschrifte Joos Ghysels fs. Frans als wedewaer ende besitter ghebleven ten voornoemden sterfh. den selven aldus overghevende ende presenterende aen Frans Ghysels broeder vanden besitter als vooght paterneel ende Pieter Bultynck broeder vande overledene vooght materneel van Pieter het eenige kindt vande overledene ghewonnen aenden besittere oudt immers ghebooren opden viii janry 1724, voor mijn heeren burgmre. ende schepenen vanden ambachte ende baronie van Maldeghem aen wie het berecht ende kennisse van ghemelden sterfh. is competerende inder manieren hiernaer verclaerdt."
Judocus verklaarde geen huwelijkscontract te hebben gesloten en tijdens dit huwelijk geen immobiliën te hebben gekocht; Joosijntjen had van haar vader een negende part geërfd van land op Meirlare te Zomergem met vruchtgebruik aan haar moeder. De grootte van dit stuk land stond niet vermeld. Op 20.4.1724 werd door Bernaert De Bruycker alles geprezen wat in huis of op het hof aanwezig was en dat geven we hier nu als curiosum volledig weer; de eindsommen zijn uitgedrukt in ponden:
- | hangel, brandel, rooster, tange, (alle vier benodigdheden voor de haard) taffel (tafel), 8 stoelen, saudtvalle (zoutvat), olie, kanne, lampe: | 0.10.00. | |
- | 2 kettelkens (keteltjes), een heker, ijsserpot, kirre sije (een zeef voor de karn), alle het glijer ende aerdewerck op het bordt, een tijnne teelken, (een tinnen schoteltje) haute leepels (houten lepels): | 1.17.08. | |
- | den rebbanck keiren (een karn uit een speciaal soort hout), rum (room) en keiremelck stande (karnemelkkuip), coucpanne, hanghenijsser en een insel (een ketting om iets aan te hangen): | 1.07.00. | |
- | 4 steenen smeer (een steen was een gewichtsmaat ten bedrage van 27 kg), 2 booterschootels, en het aerdewerck in de keldere: | 0.16.00. | |
- | 152 pondt swijnevleesch: | 2.10.08. | |
- | 2 spijnewielen met hun toebehoorten, 2 heckels (toestel om vlas te ontdoen van de meeste knopen), een spae, bijle, ames (kapmes), peecke (pik) en oock met eene audt reep (een stuk oude reep of touw): | 1.04.00. | |
- | een weefghetauwe, schijrmeulen, bobijnwiel en mede andere toebehoorten ende romelynghe inde weefcamer: | 2.08.00. | |
- | op de soldere: 2 couffers, vleeschstande, banst (ronde mand uit stro om allerlei gerief in te bewaren, voorloper van een houten bak of kist), wan (grote platte, schotelvormige mand om het kaf van het graan te scheiden, uit stro), meucken (graanmaat), twee turfijssers, rusbeire (?), sessen (zeisen?) andere romelynghe ende het caf: | 2.03.06. | |
- | 4 vatten tarwe, 8 vatten rooge (rogge), 4 sacken boucquet, (boekweit) drij sacken haever, 7 vatten lijnsaet: | 5.14.02. | |
- | 14,5 ellen ghebleeckt lijnwaet: | 2.13.04. | |
- | een paer slaeplaeckens, een paer flauwijnen, vier ijdel (lege) graensacken, stuck van een slech dosch sijl (een zeil waarop het gedorste graan gelegd werd): | 1.03.00. | |
- | het brandthaut staende en ligghende op thof met de boon en andere peirssen: | 1.16.00. | |
- | een spoelstande (een kuip om iets in te spoelen), drij slap cuypen, een swijnsback, 2 leeren (ladders), cortewaghen met wat branthaut in de scheure en al de schelfpeirsen: | 0.15.00. | |
- | 2 coyen: | 5.15.00. | |
- | 1 swijn: | 1.00.00. | |
- | de meschvette in de put aen thuys, een hoop turf, asschen, rieck, ende meschhaeck: | 1.01.04. | |
- | het stroot inde scheure, met 15 bonden slech onghebrocken vlasch, swijnghel gestel (om vlas te zwingelen), slach, brackel (?) ende lee stoel: | 1.01.00. | |
- | 3 staecken met bien (bijen): | 1.08.00. | |
- | den prijs van 3 tot 8 jaeren taillie haut op het stuck landts nevens thof met den tronckwasch staende op thof: | 1.06.08. | |
- | suelle (?) ende saet met rooge en tarwe som volle ende som alfve volle met de geplante aerdappels, de ghemenghelde dulfaerde op tselve stuck groot 273 roeden: | 3.09.11. | |
- | den prijs van 2 en 3 jaeren schootten op een stuck landts ghenaempt den ackerbilck: | 0.16.00. | |
- | den prijs van een veurelabeur op 450 roen met 7 voer vette op tselve stuck: | 2.07.00. | |
- | 5 en 7 jaeren taillie op een stuck landts ghen.[aempt] de punthuege (de puntoog) bij pachte van Marten Peers ende wat claversaet op tselve: | 0.18.08. | |
- | 1 jaer schooten op een stuck landts ghen.[aempt] de neghen ghemeten, bij pachte van Sr. Jan Van Killeghem: | 0.14.00. | |
- | suelle en saet volle vette, overschiette met rooge op 288 roeden op tselve stuck: | 4.13.06. | |
het ghestoffeerd bedde van de besittere met de coetse ende gordijnen: | 4.00.00. | ||
- | de slapinghe van de kinders met eene troch: | 0.13.00. | |
- | 7 hoenders met eenen haene: | 0.05.10. | |
- | een goudt trauwryncxken vande overledene: | 1.16.08. |
De klederen en het lijnwaad van Judocus werden niet geprezen en bleven volledig de eigendom van de weduwnaar, met toestemming van de voogden, omdat de begrafenis en de uitvaart van de overledene betaald waren met gemeenschappelijk geld van de weduwnaar en de kinderen ("de ghemeene pennynghen"). Bovendien werd er om diezelfde reden ook geen contant geld aangegeven.
Als ontvangsten werden ook nog 1 jaar landpacht verrekend, die Joos Goethals nog moet betalen voor een partij leenland op Oostwinkel, dat toebehoort aan de oudste zoon van Judocus Gyssels uit zijn eerste huwelijk en die vervallen is op kerstavond 1723, ter waarde van 1.03.04. ponden, alsook 0.13.04. ponden voor enkele kleren van de overledene die verkocht werden aan haar moeder. De totale baten bedroegen aldus: 58.01.07 ponden.
Natuurlijk waren er ook nog heel wat voorziene uitgaven en ook die willen we ter illustratie compleet weergeven:
- | voor de drie wezen uit het eerste huwelijk met Marie Matthys, als hun deel uit de erfenis van hun moeder, de zogenaamde wezenpenningen: | 16.19.01. | |
- | als pacht aan Lieven Ryckaert voor het hof vervallen op bavo 1723: | 7.13.08. | |
- | aan dezelfde persoon voor "ghedaen peirdewerck tot daete van de presie": | 3.08.08. | |
- | aan Marten Peers voor 1 jaar landpacht vervallen op bavo 1723: | 1.00.00. | |
- | aan Jan Van Killeghem voor 2 jaren landpacht vervallen bavo 1722 en 1723: | 3.00.00. | |
- | aan Frans van Deynse voor een jaar "garschpacht" (pacht voor grasland), vervallen op kerstdag 1723: | 1.07.00. | |
- | aan Pieter Claeys voor "ghedaen peirdewerck": | 0.06.04. | |
- | aan Anna Willems voor de huur van een karn | 0.09.04. | |
- | aan de ontvanger van het maalderijrecht | 0.05.00. | |
- | aan Elisabeth De Vos en Pieternelle Claeys voor "reste van diensthuere daer inne begrepen de bijfaiten": | 0.17.08. | |
- | aan Pieter Cole voor 3 jaar pacht van veld en bos, laatst vervallen op bavo 1723: | 1.10.00. | |
- | aan dezelfde Pieter Cole als stokhouder bij de venditie van de weduwe Pieter Van Hecke: | 0.08.08. | |
- | aan Jan Beelaert "...over verschodt van ghelde bij hem aenveert te doene aen dheer Niclaeys Clee over reste van eenen wijckthiende pacht ten sommere 1723: | 0.13.04. | |
- | aan Bernaert De Bruyckere als ontvanger van de parochie Adegem voor "...reste van de prochieoncosten.." vanaf aug. 1722 voor het gebruik van in totaal 6 gemeten en 185 roeden: | 0.03.06. | |
- | aan dezelfde voor het doen van de prijzij: | 0.07.00. | |
- | voor het maken van deze staat van goed en voor alle administratiekosten daarmee gepaard gaande: | 2.18.04. |
Aldus werden de totale lasten op 41.7.6 ponden geraamd en als we die aftrekken van de inkomsten, sluit deze staat van goed af met een klein batig saldo van 16.14.01 ponden. Deze acte werd opgesteld op 27.4.1724 door greffier Pecsteen in aanwezigheid van Jan Wouters en Lieven De Coorebijter als schepenen van het ambacht Maldegem, waartoe Adegem bestuurlijk behoorde.
In het register van de volkstelling in 1748 te Adegem staat Judocus vermeld met het beroep van "houtcapper". Hij had het gebruik van 4 gemeten en 271 roeden land en werd dus geklasseerd onder de hoofding "cortsitters" (kleine boeren 83).
Judocus overleed in Adegem op 79-jarige leeftijd op 8.3.1761, en hij werd nog dezelfde dag met een middelmatige dienst in een graf84 aan de zuiderkant van de begraafplaats begraven. De pastoor van Adegem schreef: "Martius 1761, 8 hora post meridiana obiit et sepultus est in coementorio versus meridiem Judocus Gyssels maritus Joanna Christiaens aetatis 79 officio medio". Om 8 uur in de avond gestorven en nog dezelfde dag begraven lijkt ons toch wel een beetje onwaarschijnlijk! Ofwel is hij gestorven aan een besmettelijke ziekte en dan is het logisch dat hij zo vroeg mogelijk begraven werd, alhoewel het wel in de duisternis zou moeten gebeurd zijn (begin maart!), maar er was in die periode geen epidemie van een of andere sterk besmettelijke ziekte; het kan natuurlijk ook een alleenstaand geval geweest zijn! Ofwel en dat lijkt me het meest waarschijnlijk, heeft de pastoor de datum van begraven vergeten te noteren, ten slotte was in het latijn het cijfertje 9 of 10 voldoende tussen 'et' en 'sepultus'!
Omdat Judocus bij zijn overlijden nog een minderjarige dochter had werd er op 22.6.1761 een staat van goed opgemaakt. Daaruit leren we dat Judocus geen onroerende goederen heeft meegekregen bij zijn huwelijk, dat hij er geen heeft gekocht gedurende zijn huwelijken en dat hij er evenmin geërfd heeft tijdens zijn leven.
Volgens de prijzij gedaan door Pieter De Bruycker op 14.3.1761, bestond hun huis uit 5 plaatsen: de keuken, die wel zeker het woongedeelte zal geweest zijn, de kamer, waar we naast het bed ook het wafelijzer, "een schrapa (een schrapraai is een rek of een kast zonder deuren waarop of waarin allerlei gebruiksvoorwerpen opgeborgen werden), keire (karn), room en melckstande, een waschcuype en een trogh..." vinden, de "noortcaemer", waar naast de "slaepijnge" van de kinderen een "queiren, twee picken, twee hauwmessen, eene bijle, twee spaen ende ander rommelijnge..." stonden; de kelder en de zolder. In de schuur werden "een hondert schooven rogge, een hondert vijftigh bonden ghedosschen stroo, raecke, vleyen (vlegels), tachentigh bonden droogh vlas ..." geprezen, in de stal de 2 koeien, het zwijn, de 4 hennen en de haan. Maar ook met de prijs van "...de diltpersen (lange houten stokken die als zoldering dienden voor de stallen en als bodem voor de hooi- en strozolder) en het branthout ..." werd rekening gehouden.
Judocus werd met een "middelbaeren dienst" begraven en dat was voor de familie bijna de waarde van een middelmatige koe:
Aan Jacobus vanden Driessche was men ook nog 11.14.00 ponden schuldig voor pacht van de hofstede en aan de ontvanger van de parochiebelastingen ook nog 1.13.05 ponden voor het in gebruik hebben van 9 gemeten en 36 roeden land op Adegem (à rato van 0.03.08 ponden per gemet). De prijzij kostte hen 0.18.08 ponden en het opmaken van deze staat maakte hun spaarpotje met 3.05.08 ponden lediger. Uiteindelijk werd de staat van goed afgesloten met een batig saldo van 46.09.00 ponden en 6 deniers.
Judocus' vierde vrouw stierf in Adegem op 71-jarige leeftijd op 23.4.1772. In de loop van 30 jaar had Judocus tijdens zijn 4 huwelijken 15 kinderen, waarvan nog 7 in leven toen hijzelf stierf:
Uit zijn eerste huwelijk met Petronella Goossens:
Uit zijn tweede huwelijk met Maria Matthijs:
Uit zijn derde huwelijk met Georgia Bultynck:
Uit zijn vierde huwelijk met Joanna Christiaen:
De ouders van Judocus (B IV):
Franciscus Gysels (B III) &
Catharina Van Cauwenberghe
Onze Gyssels Welkom-blz
Inleiding
Inhoudstafel
Algemeen Overzicht
Tak A —
Tak B
Doorzoek deze Gyssels webstek !
Meer stambomen
MijnPlatteLand.com
Meest recente bijwerking : 05-12-2021
Copyright (c) 2024
Andreas Gysels (B II)
August Gyssels (B VIII 1)
Augustinus Gyssels (B VIII 3)
Cornelius Gysels (B V 1)
Edmond Gyssels (B IX 2)
Eduard Gyssels (B VIII 2)
Eduard Gyssels (B IX 1)
Egidius Gysels (B VI 1)
Franciscus Gysels (B III)
Irma Gyssels (B IX 8)
Jan Baptist Gyssels (B VII 3)
Jan Baptist Gijsels (B VII 4)
Joannes Fr.Gysels (B VII 1)
Jooris Gyssels (B VI 2)
Judocus Gysels (B IV)
Judocus Gysels (B VII 2)
Jules Gyssels (B IX 5)
Kamiel Gyssels (B IX 3)
Martinus Gyssels (B VII 5)
Octaaf Gyssels (B IX 7)
Odile Gyssels (B IX 4)
Petrus Gyssels (B V 2)
Petrus L. Gyssels (B VI 3)
Raymond Gyssels (B IX 6)
Algemeen Overzicht
Tak A
Gyssels homepage
Inhoudstafel
Doorzoek deze webstek
Mijn Platte Land